Franse kalksteen
Als op vrijdag 21 maart de zon na een ochtend vol regen weer gaat schijnen, besluit ik te gaan wandelen langs het Spaarne. Ik laat mij door het pontje overzetten van mijn sloeberwijk naar de rijke buurt van Haarlem, waar de bewoners tijden lang hebben gepoogd de komst van het pontje tegen te houden. Misschien waren ze bang dat hun wijk overspoeld zou worden door een bonte stoet mensen.
Even verderop ligt de Haarlemmerhout. Ik loop daar regelmatig doorheen als ik naar de stad ga en kom dan langs een monument, dat iets moet voorstellen uit een werk van de negentiende-eeuwse schrijver Nicolaas Beets. Was het niet de Camera Obscura? Of de Hildebrand? Ik zou er een kijkje moeten gaan nemen om erachter te komen, maar het duister van de nadruipende bomen in de Hout lokt me niet en ik houd mij aan de zonnige route langs het Spaarne.
De volgende dag ga ik toch maar eens googlen om te zien waar het monument voor staat. Het blijkt dat de beeldengroep van het monument, dat rondom een fontein stond opgesteld en dat de personages uit de Camera Obscura voorstelde, al lange tijd geleden verwijderd is omdat het steeds onderwerp was van vandalen. Zo is een een vandaal soms toch ook met literatuur bezig. Ook het Haarlemse klimaat bleek niet vies te zijn van vandalisme en had de oorspronkelijke beelden, die van Franse kalksteen waren gemaakt, in de eerste jaren na plaatsing al danig aangetast.
Waar ik dus al die tijd gedachtenloos aan voorbij ben gegaan in het duister gelegen stukje stadspark, is een lege fonteinbak. Hoe is het mogelijk dat ik er keer op keer langs ben gekomen zonder te zien dat de beelden er niet meer stonden? Bij het zien van de fonteinbak moet ik er steeds vage beelden bij hebben geprojecteerd, replica’s van wat ik er jaren geleden heb moeten zien staan. De nieuwe indrukken sleten meteen weg, alsof het geheugen van Franse kalksteen is gemaakt.
Men heeft nu besloten, op aandringen van o.a. de bewoners van de aanliggende wijk, replica’s van de beelden, die tezamen het Hildebrand Monument* vormen, te herplaatsen. Dat er in de nieuwsberichten gesproken wordt van de ‘vertrouwde plek’ doet me even kritisch gnuiven. De beelden worden vandaalproof gemaakt. Dat zal dan in ieder geval wel wat vertrouwen geven in hun standvastigheid.
Ik wil nu ook weten wat Beets heeft geschreven over de Haarlemmerhout, dat Haarlem hem dit stukje bos heeft toevertrouwd en ik loop via de Hout naar de bibliotheek in de stad. Bij het monument zie ik dat nu ook de oude fonteinbak is weggehaald. Er is een, als ik mijn kalkstenen herinnering mag geloven, veel ielere versie voor in de plaats gekomen. Als ik mijn camera pak en een foto neem wordt ik scherp in de gaten gehouden door enkele zwervers die op de bankjes bij het monument in aanbouw zitten. Verderop, waar het vlooienveld is, is het licht.
In de Camera Obscura valt mijn oog meteen op het verhaal ‘Een onaangenaam mens in de Haarlemmerhout’. Het verhaalt van een nurkse neef van Hildebrand, die zich tijdens een zondagse wandeling door de Haarlemmerhout hatelijk uitlaat over alles wat hij ziet, inclusief Hildebrand zelf. Een bonte stoet van mensen uit alle lagen van de bevolking trekt in het verhaal des zondags door de Hout. Misschien is de hatelijkheid van de nurkse neef van Hildebrand over het bos blijven regenen, dat je er nu amper nog iemand tegenkomt**. Een hatelijkheid die ook de kalkstenen herinnering aan de Camera Obscura in korte tijd had doen verweren.
De dankbaarheid voor het werk van Beets van de welgestelde mensen uit de buurt doet nu de herinnering aan de donkere kamer oplichten. De bonte stoet van mensen zal echter zelfs niet door het pontje aangedragen worden. Maar met het verhaal in gedachten kun je die er gewoon bij projecteren.
*Hildebrand is een pseudoniem voor Beets
** Dit geldt natuurlijk niet voor het zogenaamde Vlooienveld, waar van alles rondspringt.